Volgen de voorgaende 3 Voorstellen noch op een ander manier ontbonden.

I Voorstel noch anders.

Ghenomen hebbende in de verlengde liny AB beyde punten C en D, waer 't valt / soo sal men buyten deselve naer gevallen neemen 't punt E. Daer na in de liny DE nemende DF, FG gelijck DC, CA, soo salmen haelen GC, AF door-snijdende malcander in't punt H. Wyders treckende door beyde punten D, H de liny DHI, soo haelt GB, deselve doorsnijdende in I: dan sal / somen door de punten A en I een rechte liny haelt / als AIK, ontmoetende DE in K, de liny GK soo lanck zijn als de voor-gestelde AB. Hierom soo dickwils een voor-gestelde maet begrepen is in GK, so sal deselve mede soo dickwils begrepen wesen in AB / en oversulcx de lengte AB gevonden zijn.

't Welck mede / in plaets van GB en AIK te trecken / geschieden kan / met FB en CIK daer toe te halen / blijvende de rest / als voren.

 

II. VOOR-