Gegeven werkstuk IV.a

Gegeven zijn drie punten A, B en C met hoek BAC. Gegeven is ook lijn b door punt B.
Op lijn b ligt punt D zodanig dat ∠ADB = 90°. Voor punt E geldt dat ∠ACE = 90° en dat AD × AE = AB × AC (dwz
AD=AC
ABAE
 oftewel ∆ADC is gelijkvormig aan ∆ABE).

Meetkundige plaats

Cirkel ACE is de meetkundige plaats van alle punten P met ∠PAQ = ∠BAC en AQ × AP = AB × AC (dwz
AQ=AC
ABAP
oftewel ∆BAC is gelijkvormig aan ∆PAQ), waarbij punt Q over lijn b gaat.

Bijzonderheden